Contactgegevens
T 078 - 79 99 932 078 - 79 99 932

Kern: 
De rechtbank kan toegang tot de schuldsaneringsregeling weigeren op grond van artikel 288 lid 1 en lid 2 Fw. Echter kan, ook wanneer niet wordt voldaan aan de vereisten uit voornoemd artikel, alsnog toelating tot schuldsaneringsregeling volgen. Wanneer sprake is van een bestendige gedragsverandering, kan een beroep worden gedaan op de hardheidsclausule van artikel 288 lid 3 Fw.

Een moeilijk verhaal 
Het verzoek van schuldenaar om tot de schuldsaneringsregeling te worden toegelaten was door de Rechtbank Den Haag bij vonnis van 26 april 2017 afgewezen wegens het ontbreken van de vereiste goede trouw. Zijn schuldenlast bedroeg maar liefst € 256.249,-, waarbij een fors aantal schulden verband hield met het plegen van een strafbaar feit dat tot een langdurige gevangenisstraf geleid had (van 2011 tot 2014) , en waardoor schuldenaar in de financiële problemen raakte. Hij had ook een uitkering ontvangen terwijl hij inkomsten uit arbeid had, en daarom vorderde de gemeente Den Haag een bedrag van ruim € 5500,- terug van schuldenaar. Al met al geen “voorbeeldcasus” voor een gemakkelijke toelating. Van dit afwijzende vonnis kwam schuldenaar in hoger beroep bij het Haagse Hof, bijgestaan door SBN, een begeleidster van Palier en zijn advocaat. Zij betoogden dat het schuldenaar niet helemaal kon worden verweten dat hij tijdens zijn langdurige detentie zijn vaste lasten niet meer kon voldoen. Tijdens deze detentie was hij ook gescheiden van zijn vrouw, uit welke scheiding ook veel schulden waren ontstaan. En bij het ontstaan van de terugvorderingsschuld aan de gemeente was geen opzet in het spel. Omdat er sprake was van een bestendige gedragsverandering beriep schuldenaar zich op de hardheidsclausule van artikel 288 lid 3 Fw. Hij had er na zijn detentie alles aan gedaan om zijn leven weer op de goede rails te krijgen. Zo had hij sinds juni 2015 een baan verworven waarbij hij 32 uur per week was gaan werken, en was er budgetbeheer. Daarnaast wist hij zich verzekerd van ondersteuning door Palier voor de schuldhulp en van het toezicht van de reclassering, beide vormen van hulpverlening doorlopend tot 2022.

Detentie en goede trouw 
Het Haagse Hof moest beoordelen of schuldenaar alsnog tot de schuldsaneringsregeling zou kunnen worden toegelaten. Het overgrote deel van de totale schuldenlast is ontstaan buiten de vijfjaarstermijn van artikel 288 lid 1 Fw waarbinnen de verzoeker te goeder trouw dient te zijn. Schulden van een iets oudere ontstaansdatum dus. Dan volgt een belangrijke overweging: Voor zover een deel van de schulden is ontstaan in de periode van detentie oordeelt het Hof dat deze schulden niet worden meegewogen in de beoordeling van de goede trouw. Het Hof zegt het niet met zoveel woorden, maar dat tijdens detentie schulden ontstaan is bijna onvermijdelijk, zo zou men kunnen redeneren: sommige vaste lasten lopen gewoon door, verdiencapaciteit is er niet, en de persoon in kwestie heeft op de hele situatie niet of nauwelijks invloed. De echtscheidingssituatie maakte dit er natuurlijk niet beter op. Wat de schulden betreft die binnen de vijfjaarstermijn zijn ontstaan overweegt het Hof dat schuldenaar niet aannemelijk heeft kunnen maken dat hij te goeder trouw is geweest ten aanzien van de schuld aan de gemeente Den Haag (juni 2015), en dat staat in beginsel aan toelating in de weg. In beginsel, want als de voordeur op slot zit dan kan men de achterdeur nog proberen en komt het aan op de eventuele toepassing van de hardheidsclausule.

Toelating via “de achterdeur” 
Voor een geslaagd beroep op de hardheidsclausule heeft de verzoeker een bijzondere bewijslast vanwege de omstandigheid dat er nu eenmaal schulden op tafel liggen die niet te goeder trouw zijn ontstaan of onbetaald zijn gelaten, en die jonger zijn dan vijf jaar. Men moet aantonen dat de persoonlijke situatie en de financiële situatie al enige tijd (circa een jaar lang) stabiel is geworden, en dat de “wending ten goede” dus bestendig is. In dit derde lid van artikel 288 Fw zit een door de rechtspraak ontwikkelde dubbele maatstaf: een subjectieve (persoonlijke) component : wat heeft men geleerd van de oude situatie, welke valkuilen worden nu blijvend vermeden, is een verslaving onder controle gekregen, en een objectieve component : stabiliteit bijvoorbeeld qua financiën, qua woonsituatie, is er een vangnet van hulp. Heeft de betrokkene langs deze lijnen greep weten te krijgen op de oorzaken die hebben gezorgd voor de schuldenellende ? Ja, het Hof raakt ervan overtuigd dat deze ommekeer zich heeft voorgedaan in het leven van schuldenaar. Hij heeft de ernst van zijn situatie ingezien en concrete maatregelen getroffen, zoals het zoeken en vinden van een betaalde baan, en het niet meer aangaan van nieuwe (consumptieve) schulden. Verder heeft hij via budgetbeheer in korte tijd € 1800,- weten te sparen. Het reclasseringstoezicht verloop goed, aldus een verklaring van de reclassering, waarbij afspraken goed worden nagekomen en waarbij schuldenaar zich beleefd en meewerkend opstelt. Datzelfde wordt verklaard door de medewerker van Palier. En het Hof vindt het ook van belang dat beide vormen van begeleiding nog een poos zullen doorlopen, ook gedurende een schuldsaneringsprocedure. Het Hof oordeelt dat al deze positieve ontwikkelingen doorslaggevend dienen te zijn.

Het leven weer op de rails: samen een sterk betoog maken 
Het is een mooi succes als een debiteur die op het eerste gezicht weinig kans maakt op een schuldsaneringstraject, toch door de rechter toegelaten wordt. Dat is mogelijk doordat er niet volstaan wordt met een algemeen beroep op clementie via de hardheidsclausule, maar echt werk wordt gemaakt van het dossier en de begeleiding concreet wordt gemaakt. De goede samenwerking met andere hulpverlenende organisaties is onontbeerlijk om duidelijk te maken hoe het leven weer op de rails is gebracht. Zo wordt een moeilijk verhaal toch een goed verhaal.

Bron: Gerechtshof Den Haag 29 augustus 2017, Zaaknr. 200.215.210/01

Reacties niet mogelijk

94%

In 94% van de gevallen komen we tot een schuldregeling.

95%

95% van deze schuldregelingen wordt tot een goed einde gebracht.

100 dagen

de gemiddelde duur van onze schuldbemiddeling is 100 dagen.

Deze website maakt voor een optimale werking gebruik van cookies. Lees voor meer informatie onze privacyverklaring OK Toestaan Weigeren Lees voor meer informatie onze privacyverklaring privacyverklaring Cookie instellingen Dit veld is niet ingevuld De ingevulde tekst is te kort De ingevulde tekst is te lang